De Balanskaart is een kaart waarop je aangeeft hoe collega's het beste met jou om kunnen gaan om een prettige en goede samenwerking te garanderen.
De kaart is verdeelt in drie vlakken: Groen, Geel en Rood
Groen = het gaat goed met mij: Hoe ziet een collega aan jou dat het goed met je gaat? Geel = het gaat minder goed met mij: Hoe ziet een collega dat het minder goed met jou gaat? Rood = Het gaat niet goed met mij: hoe ziet een collega dat het niet goed met je gaat?
Vervolgens wordt er gevraagd welke houding en gedrag je van je leidinggevende of je directe collega'(s) nodig hebt om het beste te kunnen functioneren. Als de balanskaart goed ingevuld is verschilt hun benadering afhankelijk of jij je in de Groene, Gele of Rode 'situatie' bevind.
De Balanskaart gebruik je wat ons betreft altijd en voor iedere medewerker binnen het bedrijf. De Balanskaart fungeert als een gebruiksaanwijzing voor je directe collega’s, maar ook voor jezelf.
Het is een misvatting dat de Balanskaart alleen van meerwaarde kan zijn voor medewerkers. Ieder mens heeft immers een bepaalde gebruiksaanwijzing een manier zoals hij het liefst wil dat er met hem of haar omgegaan wordt.
Zit een medewerker wel lekker in zijn vel? En wat kan ik doen als dit niet zo is? Dit zijn vragen waar een balanskaart antwoord op kan geven.
Focus op groen! Om de talenten van medewerkers te benutten is het belangrijk om mensen in groen te houden. Als we ontwikkeling willen stimuleren dan zijn de actiepunten bij groen en het gedrag van de leiding bij groen het allerbelangrijkste op de balanskaart. Direct handelen bij oranje is dus noodzakelijk.
Vanuit het oogpunt van de medewerker:
Vanuit het oogpunt van de werkgever:
* Dit artikel is van toepassing op Werkgevers, Werknemers, Zorginstellingen en is aandragen door Maxie Wimmer.